Cola graag …
Mevrouw Ruiter loopt voor de eerste keer naar de ontbijttafel in haar nieuwe woonkamer in de kleinschalige woning voor mensen met dementie. Een beetje onwennig schuift ze om 8 uur aan tafel.
Teamlid Ramona vraagt haar vriendelijik ‘wat wilt u bij het ontbijt drinken?’ en mevrouw antwoordt ‘een glaasje cola graag’.
De aarzeling bij teamlid Ramona is groot, zal ze mevrouw een glas cola geven, zo vroeg al in de ochtend. Haar eerste impuls is zeggen ‘dat kan niet, dat hebben we niet’.
Samen hebben wij het hierover. Een deel van het team vindt het niet kunnen om zo vroeg al aan de frisdrank te zitten. Terwijl andere teamleden zich hardop afvragen waarom niet.
Al snel verdiept het gesprek zich. Eigen normen en waarden van de medewerkers gaan spreken. ‘Eerst een hartige boterham en dan pas een zoete’, ‘iedere twee dagen toch wel een schone trui aan’.
Maar ook inventariseren we wat iedereen met het ontbijt ‘doet’. Carla ontbijt niet, Josien eet twee crackers met thee erbij, Loes een boterham met ham en drinkt niets, Mats eet een grote bak yoghurt met fruit en noten.
Als we zo met elkaar in gesprek zijn, valt meer en meer het spreekwoordelijke kwartje. Vanuit welke behoefte verlenen wij de zorg. Vaak zitten daarbij onze eigen normen in de weg.
Voor mevrouw Ruiter is het glas cola in de ochtend al een jarenlang ritueel. Wie zijn wij dan om te besluiten dat dat niet meer mag. Omdat we dat raar vinden? Omdat we dat zelf niet doen? Omdat het slecht voor je is?
Mevrouw Ruiter heeft slechts vier weken bij ons mogen wonen. In de vier laatste weken van haar leven hebben we kunnen voldoen aan wat voor haar fijn was en vertrouwd voelde. Vier weken lang een glas cola bij het ontbijt!
Blijf de mens zien. We zijn namelijk allemaal anders.