Achter mijn rug…

In zijn rolstoel zit Kees Avers in de woonkamer van de kleinschalige woning voor mensen met dementie. Hij zit rustig aan de tafel aan zijn ontbijt. Gastvrouw Resi heeft de tafel gedekt en Kees pakt zelf zijn boterhammen. Een vredig en rustig tafereel. Als teamlid Naomi binnenkomt, gaat ze even bij Resi staan in de open keuken nabij de eettafel. Naomi lacht en zegt zacht tegen Resi ‘zo die zit lekker te eten’. Resi antwoordt ‘ja het is al zijn derde boterham, maar hij kan het hebben want vorige week at hij zo weinig’. Op het oog een situatie die niets kwaads in de zin heeft. Maar voor Kees is dat heel anders. Hoewel hij misschien niet begrijpt (of goed hoort) wat er gezegd wordt, voelt en merkt hij dat er over hem gepraat wordt. Je ziet zijn onrust toenemen, hij begint te wiebelen in de rolstoel. En als daarna Resi en Naomi ook nog samen lachen, gaat het mis bij Kees en wordt hij heel erg boos. Zo maar uit het niets, zeggen Resi en Naomi nog tegen elkaar.

Nee, Kees wordt niet zo maar boos. Hij voelt zich onveilig omdat hij voelt dat er over hem gepraat wordt. En misschien zelfs wel gelachen.

Voor alle mensen is het gevoel dat er over je gepraat wordt erg onveilig. Ga maar eens bij jezelf na. Als je in een groep bent waar een andere taal gesproken wordt, die jij niet spreekt, voel je je al buitengesloten. En als er dan ook nog naar je gekeken wordt en gelachen wordt. Dan weet je zeker dat het over jou gaat en dat jij uitgelachen wordt. Zelfs als dat in werkelijkheid niet zo is.

Voor mensen met dementie is zich veilig voelen essentieel. Laten we alert zijn en, hoe lief bedoeld ook, niet praten over bewoners en cliënten waar ze zelf (of anderen) bij zijn ondanks dat het zo op de loer ligt. Dat scheelt een hoop boosheid en verdriet.

Mijn winkelwagen
Je winkelwagen is leeg.

Het lijkt erop dat je nog geen keuze hebt gemaakt.