Hij heeft een ander…
Als teamlid Diana het appartement van Gonda, die lijdt aan dementie, binnenkomt, treft zij haar huilend op haar bed aan. Gonda zegt ‘ik zie Frans nooit meer, ik weet het zeker, hij heeft een ander’.
Diana gaat naast haar zitten en probeert haar te troosten. Ze zegt ‘nee hoor Gonda, daar hoef je niet bang voor te zijn, ik weet zeker dat hij heeft veel van jou houdt’. Maar hoe liefdevol en troostend de woorden ook zijn, ze hebben niet het gewenste effect. Gonda wordt alleen maar verdrietiger.
Als we deze situatie in het team bespreken, is er veel herkenning. Met elkaar wordt uitgewisseld wat iedereen doet en zegt. En nog belangrijker wat het effect daarvan is.
Maar al snel is de conclusie ‘als Gonda eenmaal in die mood zit, dan is ze er vrijwel niet uit te krijgen’. Een interessante (en tegelijk verdrietige) conclusie.
Want de interventies die voorbij komen, zijn gericht op het weerleggen van de emotie van Gonda. ‘Je hoeft niet bang te zijn’, ‘hij doet dat niet’, ‘morgen is hij er weer’, ‘we gaan zo iets leuks doen’. Eigenlijk zegt iedereen tegen Gonda ‘jouw gevoel mag er of hoeft er niet te zijn’.
Maar zo makkelijk werkt gevoel niet. En als je brein hapert, wordt je gevoelswereld ook nog eens leidend.
We besluiten om te kijken wat het effect is als we het gevoel van Gonda erkennen. Niet door te zeggen dat Frans inderdaad een ander heeft maar door te laten blijken dat het gevoel er mag zijn.
De volgende keer dat Gonda zegt dat haar man een ander heeft, antwoordt teamlid Michelle ‘dat lijkt me een heel naar gevoel’. Gonda bevestigt dat en voegt toe ‘dat had ik nooit van hem gedacht’. Michelle zegt ‘dat lijkt het me extra naar’. Een kort knikje en het antwoord ‘hij is altijd zo’n lieverd voor me geweest en nu zie ik hem zo weinig, ik wil zo graag dat hij komt, ik mis zijn warme handen’. Een glimlach gaat over het gezicht van Gonda.
Probeer eens bij jezelf na te denken. Als jij bang bent voor spinnen, helpt het niet als een ander zegt ‘oh je hoeft niet bang te zijn, ze zijn kleiner dan jij en doen niets’. Dat neemt de angst niet weg. Ook dan helpt het om gehoord te worden.
Hoewel we verdriet of angst nooit helemaal weg kunnen poetsen (hoe graag we dat misschien ook zouden willen), helpt het om ruimte voor de emotie te geven.